Begrippen

Guido van Laere 09-2024

Formularium geneesmiddelen: geneesmiddelen die we gebruiken volgens afspraken binnen de vakgroep (meestal aan de hand van een FTO bijeenkomst) of hebben afgesproken in de formularium commissie. Deze middelen hebben dus de eerste voorkeur bij het voorschrijven (1).


Werkvoorraad: Alle middelen die we op voorraad hebben in het verpleeghuis (in de bufferruimte of op afdeling) en die dus direct inzetbaar zijn (2).


Afdelingsvoorraad geneesmiddelen: Middelen die op de afdeling mogen liggen en soms zonder toestemming van een arts of verpleegkundigspecialist mogen worden gebruikt (paracetamol, Movicolon, lactulose, microlax, Colex-klysma, D-cura en urotainer).


Buffer: Ruimte waarin het grootste deel van de werkvoorraad wordt bewaard (de afdelingsvoorraad wordt op de afdeling bewaard).


GDS: (= Geneesmiddelen Distributie Systeem) geneesmiddelen die met een robot in plasticzakjes worden gedaan en zo veilig kunnen worden uitgedeeld (= medicatie in medicatierol). Wekelijks wordt een rol van deze zakjes per patiënt aangeleverd (Bij GRZ 2x per week). Dit vergroot de veiligheid bij het uitdelen (minder kans op het maken van doseer fouten). Bij het kiezen van medicatie hebben deze middelen de voorkeur (3).


Taxe geneesmiddelen: geneesmiddelen die niet in het formularium voorkomen. Deze middelen worden binnen Archipel weinig gebruik en/of ze hebben vaak niet de eerste voorkeur (4).


Niet taxe geneesmiddelen: dit zijn bijvoorbeeld homeopathische middelen of kruiden die niet of weinig in de reguliere geneeskunde worden gebruikt. Indien de patiënt (of familie) wenst dat deze geneesmiddelen worden ingezet, is het aan de arts om deze middelen al dan niet toe te staan. Door op “In hele taxe zoeken” te klikken, zonder vooraf een geneesmiddel te hebben ingevuld zie je boven in de lijst “*niet in taxe” daar kun je een niet taxe middel invoeren. (5).

1

2

5

4

3

klik hier voor het geven van opmerkingen / aanvullingen

MEDIMO

verpleeghuisformularium

INDEX

RICHTLIJNEN

LINKS

FTO

LABORATORIUM

APOTHEEK & LOGISTIEK

ALGEMEEN

800 Inleiding gebruik Medimo

801 Helpdesk en noodprocedure Medimo

802 Begrippen

803 Inrichting van Medimo

804 Proef- en testomgeving

AFSPRAKEN OVER VOORSCHRIJVEN ARCHIPEL

810 Tijdstippen van giften

811 Medicatie in ampullen

812 Medicatie via een pomp

813 Zalf en créme’s



822 Medicatie pleisters

823 Antibiotica

824 Psychofarmaca

827 Indicatie vermelden van medicatie

828 Medicatie voorschrijven niet uit formularium

829 Alternatieve medicatie

832 Medicatie malen

833 Dieetmiddelen

834 Contra-indicaties en overgevoeligheid of allergie

HANDLEIDING

850 Controle van het recept

851 Handleiding ontslagmedicatie voorschrijven

852 Het maken van een medicatie voorstel in Medimo

804 Proef- en testomgeving


LOGISTIEK ARCHIPEL

860 Levering van medicatie (logistiek)

862 Starten met een nieuwe patiënt

864 Medicatie niet in voorraad tijdens een dienst

866 Opmerkingen voor de apotheek

868 Veilig en kostenbesparend voorschrijven

pagina 801