Frequentie
|
Bepaling
|
Opmerking
|
Na 1 week
|
Medicatiespiegel:
|
Voorkomen toxische waarden.
Stabiele bloedspiegel na 5x T0,5 = 5x 26uur
Geen controle leverfuncties bij onze populatie verpleeghuispatiënten. |
Nortriptyline (instelprotocol)
Frequentie
|
Bepaling
|
Opmerking
|
1x 6 maanden
|
Medicatiespiegel:
|
Voorkomen toxische waarden.
Stabiele bloedspiegel na 5x T0,5 = 5x 26uur
Geen controle leverfuncties bij onze populatie verpleeghuispatiënten. |
Nortriptyline (onderhoudsprotocol)
Algemene informatie met betrekking tot spiegelbepalingen bij TCA’s
Spiegelbepaling is zinvol na het bereiken van een steady state toestand, dit ontstaat na ongeveer 5x de halfwaarde tijd van het medicijn. De halfwaarde tijd van TCA’s ligt tussen de 20 - 26 uur, dus na ongeveer een week is er sprake van steady state en kan de spiegel bepaald worden.
Dit geldt ook na elke dosis aanpassing.
Door grote interindividuele variatie in metabolisme kan men geen vaste dosering van TCA gebruiken en zal dit individueel bepaald moeten worden aan de hand van gemeten effecten op stemming en opgeleide van de spiegel. In de praktijk streeft men naar de laagst mogelijke effectieve dosering/spiegel waarbij de eventuele bijwerkingen acceptabel zijn.
Een spiegelbepaling is een moment opname, door veranderingen in het metabolisme van ouderen zoals nierfunctie, lichaamsgewicht, veranderingen in medicatie gebruik kan de spiegel fluctueren.
Het is verstandig de spiegel van een TCA regelmatig te controleren. In de literatuur worden hiervoor geen concrete frequenties aangegeven. Afhankelijk van de instelling van het medicijn en de conditie van de patiënt is 1-2x per jaar aan te bevelen. Om zo nadelige effecten van spiegelveranderingen tijdig bij te kunnen sturen.
In ons formularium is nortriptyline het middel van voorkeur als 2e stap bij de behandeling van depressie, indien de behandeling met SSRI onvoldoende is gebleken.
Over het algemeen zal bij gebruik van nortriptyline een dosering van 75 mg per dag bij ouderen > 80, bij ernstige somatische co morbiditeit en/of dementie voldoende zijn. Bij start zal je een week nadat de dosering van 75 mg is bereikt de spiegel moeten bepalen. De referentiewaarden liggen tussen de 50-150 ng/ml. Boven een spiegel van 150 ng/ml neemt de effectiviteit van het geneesmiddel af.
Spiegelafname bij TCA’s:
- Voor alle TCA’s geldt dat er een dal spiegel bepaald moet worden daarvoor dient er minimaal 10 uur tussen de bloedafname en de laatste medicatie gift te zitten, (bij voorkeur 10-16 uur).
- Indien een TCA alleen in de ochtend wordt gegeven dient de bloedafname voor de nieuwe medicatiegift plaats te vinden.
- Bij retard preparaten wordt ook aangeraden de spiegel te bepalen 10 – 16 uur na de laatste medicatie inname.
Bij non respons is het verstandig op geleide van de plasmaspiegel de doseringen aan te passen of (indien er vaker non respons is geweest of onverwachte uitwerking van een medicijn is geweest) kan het nuttig zijn om een genetisch profiel van cytochromen te bepalen. Zie: farmacogenetisch laboratorium onderzoek (690)
Naslagwerk en bronvermelding: