Atriumfibrilleren
Stappenplan
atriumfibrilleren
Atriumfibrilleren zonder hartfalen
1e keus Bèta-
Indien klachten met Bèta-
+
Start antistolling (zie antistolling bij atriumfibrilleren).
Onderhoud: 1dd 0,0625-
Bij verhoogd risico op toxiciteit (creat.>100 of MDRD <50, gewicht < 55 kg, ouder dan 70 jaar):
1e dag 3 dd 0,125 mg, daarna 1dd 0,0625 mg-
Verhoogd risico op toxiciteit en hoogbejaard (>80 jaar): 1e dag 3 dd 0,125mg, daarna 1 dd 0,0625 mg.
Indien geen verhoogd risico op toxiciteit, oplaaddosis: 1e dag 3 dd 0,25 mg, 2e dag 1 dd 0,25 mg.
Hoog de dosering digoxine geleidelijk op, op geleide van de ventrikelfrequentie.
Pas de digoxinedosis aan i.c.m. diltiazem 75% van digoxine dosering; i.c.m. verapamil 50% van digoxine dosering.
Digoxine alleen starten in overleg met een specialist ouderengeneeskunde.
•
•
•
•
•
120 -
Heeft patiënt tevens angina pectoris, dan heeft diltiazem de voorkeur boven verapamil.
120 -
Heeft patiënt tevens angina pectoris, dan heeft diltiazem de voorkeur boven verapamil.
Werking: Calciumantagonisten verhinderen het transport van vrije calcium-
Belangrijke bijwerkingen: hoofdpijn, duizeligheid, blozen, maag-
Geneesmiddelnaam
Dosering + opmerkingen
Ca-
Geneesmiddelnaam
Dosering + opmerkingen
Digoxine
1 dd 25-
Metoprolol succinaat = langwerkend (retard vorm, 1x daags doseren); Metoprolol tartaat = kortwerkend (2x daags doseren).
Werking: Remmen de werking van de bètareceptoren van het sympathische zenuwstelsel.
Belangrijke bijwerkingen: benauwdheid en astma aanvallen (met name niet selectieve bétablokkers), koude handen en voeten, vermoeidheid, duizeligheid, hoofdpijn, orthostatische hypotensie, misselijkheid, buikpijn, diarree, obstipatie en maskeren van sympathische verschijnselen van een hypoglykemie.
Geneesmiddelnaam
Dosering + opmerkingen
Bètablokkers
NHG standaard -
Cardiovasculaire Geneeskunde.nl -
Cardiovasculaire Geneeskunde.nl -
Centrum antistolling & trombosezorg -
Farmacotherapeutisch kompas -
Formularium -
Naslagwerk en bronvermelding:
Sam Schoon FTO 04-
1e keus Start bètablokker evt. in combinatie met digoxine ter verlaging hartfrequentie.
2e keus Bij contra-
+
Start antistolling (zie antistolling bij atriumfibrilleren).
Atriumfibrilleren met hartfalen; corrigeer eerst instabiel hartfalen.
Betablokker:
Calciumantagonist:
Amiodaron/sotalol:
Digoxine:
Wat valt op t.a.v. de evidence based practice van de vakgroep n.a.v. de literatuur?
pagina 014
index | tr.circulatorius | acuut coronair syndroom | stabiele angina pectoris | hypertensie | hypertensieve crisis | atriumfibrilleren | acuut hartfalen | chronisch hartfalen |
cardio vasculair risico management | hypercholesterolemie | CVA (neurologicus) | perifeer vaatlijden | oedeem vorming benen | START-
phgonline e-