Anke Harteloh en Frederique van Veldhuizen FTO 02-2022
Dosering zie uitleg hier boven.
Dosering zie uitleg hier boven. Alleen een bolus dosering heeft de voorkeur.
LET OP! 2) Bij het geven van een kleine dosis midazolam 2,5 mg (=0,5 ml) via een venflon naaldje, blijft een substantiële hoeveelheid achter in de ruimte van de venflonnaald. Van de 0,5 ml blijft (alleen) bij de eerste gift 0,22 ml in de venflon achter en komt dus maar 0,28 ml (=1,4 mg) subcutaan. Dit is op te lossen door eerste gift altijd hoger te doseren (bijvoorbeeld 5 mg = 1 ml) er komt dan 0,78 ml (=3,9 mg) subcutaan.
Dosering zie uitleg hier boven.
Stap 3:
Propofol: start met bolus 25-50 mg. Onderhoudsdosering 20 mg/uur i.v. Ophogen om de 15 minuten met 10 mg/uur. Onderhoud: over het algemeen 4–12 mg/kg/uur per continu infuus.
Naslagwerk en bronvermelding:
Stap 2:
Levomepromazine toevoegen: Start bolus 25 mg levomepromazine s.c., Gevolgd door een onderhoudsdosering 0,5-8 mg/uur s.c. in combinatie met midazolam. Zo nodig na 2 uur een bolus van 50mg levomepromazine s.c. Cave irritatie van de huid. Na 3 dagen van doseren i.v.m. stapelen de dosis halveren.
Stap 1:
Start bolus midazolam 10 mg s.c. gevolgd door een onderhoudsdosering 1,5-2,5 mg/uur s.c. (=36-60 mg/24 uur)*
Bij onvoldoende effect van de onderhoudsdosering:
na 2 uur 5 mg bolus s.c. en verhoog 4 uur na de start van de palliatieve sedatie de continue dosering met 50% in combinatie met een bolus van 5 mg s.c. en herhaal deze stappen tot voldoende comfort is bereikt;
- Bij continue doseringen vanaf 5 mg/uur s.c. dienen de bolussen verhoogd te worden naar 10 mg s.c.;
- Bij continue doseringen vanaf 10 mg/uur s.c. dienen de bolussen verhoogd te worden naar 15 mg s.c.;
- Indien de onderhoudsdosering >20 mg/uur, dan doorgaan naar terminale sedatie; toevoegen van levomepromazine (zie stap 2);
Bij voldoende effect midazolam, continueer actuele onderhoudsdosering.
In het FTO overleg is afgesproken dat het ambulant verpleegkundig team (AVT) graag een bericht ontvangt zodra iemand terminaal is geworden en het zorgpad wordt gestart, dus ongeacht of dit wel of niet samengaat met de start van een subcutane pomp. Dit omdat bij de start van het zorgpad ook een extra tijdsinvestering vraagt van de afdelingen en het AVT dan weet op welke afdelingen zij eventueel kunnen ondersteunen. Dit kan gewoon via een mailtje vanuit de dokter of de afdeling gedaan worden.
Wordt er een pomp gestart of op een andere manier problemen met comfort verwacht met een specifieke vraag waarop het AVT moet letten dan graag een telefonisch contact door de dokter voor tekst en uitleg.
Bij risicofactoren (patiënten >60 jaar, gewicht <60kg, ernstige nier of leverfunctiestoornissen, sterk verlaagd serumalbumine en/of co-medicatie die kan leiden tot versterkte sedatie):
- Lagere onderhoudsdosering (0,5-1,5 mg/uur) en
- langere interval (6-8 uur) voordat de onderhoudsdosering wordt opgehoogd.